Pecorino
In dit artikel vertellen we het soms merkwaardige verhaal dat schuilgaat achter de naam van één van de betere Italiaanse witte wijnen, typisch voor de regio's Le Marche en Abruzzo.
Pecorino, lees hier alles over de oorsprong en kenmerken van een stille icoon uit Centraal-Italië.
Met zicht op zee.
Pecorino is zonder twijfel een zeer oude variëteit.
Over de afkomst zijn er twee strekkingen onder de ampelografen.
De ene vermoed dat ze ontstaan is uit een wilde wijnstok die groeide in het Sibillini-gebergte die uiteindelijk werd gedomesticeerd voor de wijnproductie.
De andere strekking denkt dat Pecorino dankzij Griekse kolonisten is geïmporteerd.
De oorsprong van de Pecorino-wijnstok en van de respectievelijke wijn is altijd betwist geweest tussen de huidige regio’s Le Marche en Abruzzo.
Hou er rekening mee dat regionale grenzen vrij recent zijn in vergelijking met de verspreiding van de wijnstok. Het bestaan van planten gaat veel verder terug in de tijd dan die van regio’s … en Le Marche en Abruzzo zijn niet altijd afzonderlijke entiteiten geweest.
Het oudste bewijs van de teelt van de Pecorino-wijnstok ligt in Arquata del Tronto, op de uitlopers van het Sibillini-gebergte, in de provincie Ascoli Piceno, Le Marche.
Van daaruit verspreidde het zich vervolgens naar het zuiden, richting Abruzzo.
Tegenwoordig beschouwen we Pecorino als een autochtoon druivenras van de regio's Le Marche en Abruzzo waar zij haar ideale terroir heeft gevonden, met zicht op de Adriatische Zee.
In de oudheid beschouwden de Romeinen Centraal-Italië als zeer belangrijk voor de wijnproductie, inclusief deze druif.
In wetgevende documenten uit 1526 van de lokale overheid van Norcia in Umbria, de Statuti di Norcia, staat dat iedereen die wijngaarden aangeplant met Pecorino op het grondgebied van Norcia beschadigde, 10 munten moest betalen als boete.
In 1876 publiceerde het Ministerie van Landbouw, Industrie en Handel een lijst van de variëteiten die op Italiaanse bodem groeien. Deze lijst identificeerde de gebieden rond Pesaro, Ancona, Macerata en Teramo als specifieke gebieden waar voornamelijk Pecorino werd verbouwd.
Il vino dei pastori.
Wijn van de herders.
Er zijn verschillende legendes over de oorsprong van de naam van dit druivenras, ook al is niet met zekerheid bekend welke van deze hypothesen de meest waarheidsgetrouwe is.
Sommige geruchten schrijven de oorsprong van de naam toe aan het feit dat uit deze druiven een bescheiden wijn werd gemaakt, bestemd voor de pecorai, de herders.
Anderen beweren dat de naam Pecorino is afgeleid van het feit dat de periode van de transhumance, de seizoensmigratie van de schapenkuddes, samenviel met de rijpingsperiode van de druiven en dat de schapen werden aangetrokken door de zoete Pecorino-druiven.
Deze stelling lijkt onwaarschijnlijk omdat door de hoge positie van de druiven ze eigenlijk niet bereikbaar was voor schapen.
Er zijn mensen die de naam van de wijn toeschrijven aan de geslaagde combinatie en de levendige kenmerken die ze deelt met de gelijknamige kaas, die ook in de regio's Le Marche en Abruzzo wordt gemaakt van schapenmelk.
Ten slotte zijn er mensen die zeggen dat de oorsprong van de naam moet worden herleid tot de gelijkenis tussen de langwerpige vorm van de tros Pecorino-druiven en de vorm van een schaapskop, maar zelfs deze bewering lijkt wat ver gezocht.
Kies zelf maar welke legende je het liefst hoort.
Aanplant en kenmerken.
Pecorino is één van de lokale witte druivenrassen die in de regio's Le Marche en Abruzzo voorkomen en is sinds 1970 officieel geregistreerd.
Het bebouwde areaal op nationaal niveau bedraagt een bescheiden 1100 hectare.
De Pecorino-wijnstok heeft een constante maar eerder lage opbrengst en kreeg daarom lange tijd niet de waardering die ze verdiende. Het ras dreigde zelfs in de vergetelheid te geraken.
Dankzij de koppigheid van enkele wijnmakers die het potentieel ervan inzagen, is het vandaag een bekende en veelgevraagde wijn geworden. De lage opbrengst is ideaal voor de productie van kwaliteitswijnen.
De eerder recente herontdekking gaat terug tot de jaren ’80 van de vorige eeuw.
Pecorino is een vroegrijpende variëteit met een sterke resistentie tegen valse en echte meeldauw.
Oorspronkelijk diende Pecorino om te blenden of voor de productie van eenvoudige tafelwijn.
Productievere rassen zoals de Trebbiano werden meer en meer vervangen door Pecorino. Tegenwoordig wordt Pecorino steeds meer als mono-variëteit gevinifieerd.
Om hun kenmerken volledig tot uitdrukking te brengen, geven Pecorino-druiven de voorkeur aan teelt op hoger gelegen gronden. Het is geen toeval dat ze worden verbouwd in het gebied van de Centrale Apennijnen, dat de twee regio's Le Marche en Abruzzo doorkruist.
Door de jaren heen is Pecorino bekend onder enorm veel verschillende synoniemen waarvan sommige een verwijzing maken naar de mogelijke origine zoals Pecorina Arquatanella en Arquitano of de activiteit van schaapherders zoals Uva delle Pecore of Uva Pecorina.
Dolcipappola of Dolcipappolo is een benaming die Giuseppe Acerbi in 1825 in zijn werk Delle Viti Italiani beschrijft als een synoniem voor Pecorino in de regio Toscana.
Pecorino komt in zeer minieme aanplant voor in Toscana, Umbria, Liguria en Lazio.
Herkomstgebieden.
Pecorino wordt specifiek vermeld als te gebruiken of toegelaten druivenras in 15 herkomstgebieden, verspreid over Le Marche en Abruzzo.
Er zijn 4 herkomstgebieden in Le Marche en 11 in Abruzzo.
In Le Marche gaat het om Offida DOCG en Offida Sottozona Pecorino DOCG en de DOC-gebieden Falerio en Colli Maceratesi, alle vier gelegen in het zuidelijk deel van Le Marche.
De herkomstgebieden in Abruzzo zijn zowel van de classificatie DOCG (1), DOC (3) als IGT (8).
Het grootste herkomstgebied is de Abruzzo DOC die zowat de helft van de regio beslaat, van de heuvelachtige uitlopers van de bergketen tot aan de Adriatische kustlijn.
Het enige DOCG-gebied in Abruzzo is het piepkleine Terre Tollesi of Tullum in de provincie Chieti en pas in 2019 opgewaardeerd van DOC naar het DOCG-niveau.
Geuren en smaken.
Over het algemeen heeft Pecorino een intense en heldere strogele kleur, met gouden tot groenachtige reflecties.
Vaak heeft de wijn een iets hoger alcoholgehalte aangezien de druiven rijk aan suiker zijn.
Het hogere alcoholgehalte, tot 14°, beïnvloedt de perceptie van zachtheid en brengt de fris-hartige textuur in evenwicht.
Qua aroma is de wijn complex en intens, met bloemige, kruidachtige en fruitige tonen. De smaak is fris, zacht en eerder droog, met een goede structuur en zuurtegraad.
Pecorino-wijn wordt zeer zelden op hout gelagerd en indien wel, voor slechts een korte periode.
Foodpairing.
Pecorino kan je als aperitief drinken of doorheen de maaltijd inzetten.
Geslaagde combinaties zijn Pecorino met visgerechten, wit vlees en gevogelte, zoals kip en kalkoen.
Uitstekend bij rauwe vis, oesters, pasta met pesto, vitello tonnato, spaghetti alle vongole, risotto met garnalen en groenten, ravioli en spaghetti carbonara.
Nu je alles weet over Pecorino-wijn, hoef je hem alleen nog maar op 10 à 12º C te serveren en je favoriete combinaties zelf te proberen!
Onze wijnen.
Bij ons kan je Pecorino-wijnen vinden van Cantina Frentana en Cantina San Giacomo uit de regio Abruzzo. Allemaal mono-variëteiten met hun eigen stijl.
Ontdek ze in ons Degustatiepakket Pecorino.
Salute!